Woensdag 4 november:
We hadden voor vandaag een toer naar de Chinese muur geboekt. Of zoals hier genoemd wordt: the Great Wall. We zouden om 7 uur opgehaald worden bij het hotel, dus we moesten vroeg uit de veren. Al om kwart over zes liep de wekker af :-(
En we zaten ook stipt om 7.00u in de lobby van het hotel. Maar de gids liet op zich wachten. Pas om 7.45u was ze er, we hadden dus drie kwartier langer in ons bed kunnen blijven liggen. Normaal vind ik het niet erg om vroeg op te staan, maar op vakantie heb ik er toch iets meer moeite mee.
We gingen met een klein busje op weg. Er zaten al 2 Amerikanen, 1 Italiaan en 6 Chinezen in. De gids vertelde iedere keer eerst iets in het Chinees en vervolgens in het Engels. Nou ja, Engels… ze sprak Engels op een Chinese manier, waardoor het voor mij erg moeilijk te volgen was. Ik denk dat het komt, doordat de Chinezen de klemtonen anders leggen of zo. Daardoor is de intonatie heel anders en is het moeilijker verstaanbaar. Tenminste dat is mijn verklaring. Gelukkig gaven de Amerikanen soms een vertaling van het Chinese Engels naar het Amerikaanse Engels, zodat ik ook begreep waar het over ging.
Als eerste gingen we naar de Ming tombes. Dat is de begraafplaats van de keizers. Er liggen er zover wij begrepen hebben 13 van de 16 keizers begraven. Het is op zich een mooie plek, maar voor de rest vond ik het niet zoveel bijzonders.
Er was wel een grappig moment. Toen we naar de tombe liepen, moesten we om een boog/ark heen lopen. Op de terugweg mochten we er wel doorheen lopen, maar we moesten eerst 3x klappen, 3x springen, 3x met gekruiste armen op je bovenarmen slaan en dan met je linkerbeen (voor mannen) of rechterbeen (voor vrouwen) eerst over de drempel stappen. En je moest tijdens het er doorheen stappen een bepaalde Chinese spreuk roepen. Als je dat deed, dan betekende dat je eruit kon. Anders zou je er niet levend uitkomen. Dat is het verhaal dat er bij hoort. De spreuk die we moesten zeggen betekende dan ook zoiets als: ‘Ik kom terug.’
Het is best apart om met een groep van 11 mensen allemaal hetzelfde te doen en dezelfde spreuk te roepen. Iedereen vond het ook wel grappig.
Na de Ming tombes gingen we naar een jadefabriek. Dat was eigenlijk niet zo heel erg interessant. Een mevrouw liet zien hoe je kunt zien of de jade echt of nep is, maar voor de rest werd er weinig verteld. Vervolgens mochten een tijdje rondlopen in een winkel waar ze jade verkochten. Echt ontzettend veel mooie dingen, maar ook ontzettend duur.
Vervolgens gingen we op pad naar een soort Chinese apotheek. Een dokter vertelde ons het verschil tussen de Westerse geneeskunde en de Chinese geneeskunde. Vervolgens mochten we ons gratis bij één van de Chinese dokters laten onderzoeken. Ik vond dat wel grappig en volgens de dokter heb ik geen ernstige ziektes, alleen last van mijn maag na het eten. Die dokter kon dat blijkbaar voelen aan mijn polsen. Op je beide polsen zitten drie plekken die te maken hebben met je organen zoals je maag en nieren. Ik vind het een aparte manier van onderzoeken en ik weet ook niet echt of het werkt. Ik heb namelijk zelf zover ik weet niet vaak last van mijn maag na het eten… ;-)
We kregen in het restaurant naast de apotheek een Chinese lunch. Nu denken jullie vast allemaal dat ik dus honger heb moeten lijden. En daar kan ik jullie geen ongelijk in geven, want mijn motto is eigenlijk ‘Wat de boer niet kent, dat (vr)eet hij niet!’. Maar ik besloot om het Chinese eten toch maar een kans te geven. Zo vaak krijg ik die kans nou ook weer niet en ik had er immers voor betaald. Wat dat betreft ben ik wel een echte Nederlander :-)
En wonder boven wonder heb ik alles opgegeten wat ik op mijn bord heb gehad. En ik heb eigenlijk ook alles geprobeerd wat er geserveerd was, behalve de vis. Dus best wel knap van mezelf! Ik vond de meeste dingen ook redelijk goed smaken. Niet dat ik nu morgen weer zo’n lunch wil, maar het was goed te doen.
Na de lunch gingen we op weg naar de Chinese muur, het laatste deel van onze toer. We gingen naar Badaling. Dit ligt zo’n 70 kilometer van Beijing. Dit stuk van de Chinese muur is gebouwd tijdens de Ming dynastie, maar wel gerestaureerd.
Het eerste stuk gingen we met een soort van kabelbaan naar boven. Dit is al een ervaring op zich. Het zijn een soort karretjes die wij bij ons in een pretpark in een achtbaan aan treffen. Je gaat alleen niet zo hard als in een achtbaan ;-)
Het laatste stuk naar het hoogste punt moet je wel gewoon lopen. Het is best een hele klim en de trappen zijn niet altijd even handig. Maar het is het wel waard. Het is een machtig mooi uitzicht als je boven bent. Daarnaast kun je het verloop van de muur zien. Ik vind het heel apart dat er zoveel kronkels in de muur zitten en dat er geen logica in lijkt te zitten. Tenminste ik heb hem niet kunnen ontdekken. Het ziet er wel allemaal kei gaaf uit.
Het ritje terug met de kabelbaan leek al meer op een achtbaan, want er zaten zowaar een paar bochten in en we gingen ook een heel stuk harder. ;-)
Op de muur bleek dat ik zelf ook een toeristische attractie ben in China. Een aantal Chinezen wilde met mij op de foto! :-) Ik vond het wel een beetje raar, maar toch ook wel grappig. In de metro was ons ook al opgevallen dat de Chinezen ons best interessant vinden. Blijkbaar zien ze niet zo vaak een blank iemand uit het Westen. Dat geeft wel aan dat wij in Nederland wel een multiculturele samenleving hebben, want ik beschouw een Chinees niet als iets uitzonderlijks in Nederland.
Na afloop van onze klim zijn we naar de beren geweest die ze bij de ingang hadden. De beren zaten in 3 verblijven. Het zijn eigenlijk een soort putten, want je kijkt op de beren neer. Je kunt ze stukjes appel toe gooien als je wilt en daar zijn ze ook echt op gefocust. Verder was daar niet zoveel spannends aan te beleven.
Natuurlijk word je bij zo’n toeristische attractie ook weer achtervolgd door souvenirverkopers. Ze willen je heel graag dingen verkopen en als je wilt kun je heel ver gaan met afdingen. En als je eenmaal gezegd hebt dat je één ding wilt, willen ze je meteen het liefst hun hele kraam verkopen. Op zich vind ik het niet erg dat die mensen proberen om wat aan me te verkopen, maar van het opdringerige gedrag houd ik helemaal niet. Als ik ‘nee’ heb gezegd, dan is het ook ‘nee’. Maar sommige Chinezen zijn echt heel erg volhardend en blijven achter je aan lopen en tegen je praten. Wel in het Chinees natuurlijk ;-) Dus begrijpen doe ik ze dan ook al niet… Ergens kruipt dan ook weer een schuldgevoel naar boven, maar tegelijkertijd bedenk ik me ook dat ik niet van iedere souvenirverkoper iets kan kopen, want dan is mijn geld binnen no time op.
Ook vandaag heb ik weer gezien dat sommige Chinezen het echt zwaar hebben. Tenminste in mijn ogen dan. We zijn door Beijing heen gereden om de toeristische plekken te kunnen bezoeken. Je ziet dan ook de plekken waar de mensen wonen die het niet breed hebben. Het is zo’n groot verschil. En als ik dan zo’n oude Chinees op een fiets zie zitten met zijn kar volgeladen en met een tempo dat ik zelf in een rustige wandelpas zou kunnen bijhouden, krijg ik toch een brok in mijn keel. Dan voel ik me heel slecht, omdat ik in Nederland vaak genoeg zeur dat ik het niet makkelijk heb. Ik mag blij zijn dat ik niet in China de straten sta te vegen of de hele dag stil moet staan om iets te bewaken of misschien nog wel erger…
Hoi Gertie,
BeantwoordenVerwijderenhet is wel heel maf om je daar bijna live te kunnen volgen. Gertie voor de muur...
Je schrijft heel leuk over jullie belevenissen en ik hoop er volgende week meer over te horen.
Groeten uit het koude en donkere Nederland van je nieuwe collega's.
Gertie en The Great Wall! Moet niet gekker worre
BeantwoordenVerwijderen